Schrijven is niet altijd leuk. Ik hou van mijn vak, schrijven is mijn eerste liefde. Maar er zijn momenten dat ik honderdduizend nieuwe websites ontdek en alle contouren van mijn tapijt kan beschrijven om mijn aandacht maar niet bij het schrijven te hoeven houden. Dat gebeurt niet bij gewone teksten, interviews of artikelen. Alleen maar bij SEO. Ik schrijf nu eenmaal niet graag voor Google.
Functioneel schrijven
Het zou iets moois moeten zijn: schrijven wordt steeds functioneler. Het is niet langer een overbodige vaardigheid, nee, mensen die schrijven hebben een meerwaarde. Echter, de samenvloeiing van schrijven en Internet verloopt niet altijd vlekkeloos. Blogs en daily magazines zijn leuk: een plezier om te lezen en vaak inspirerend. Maar gevonden worden in Google of andere zoekmachines vereist ook de nodige teksten. En sjongejonge, wat zijn die lelijk.
Jeuk
Met name de teksten achter de schermen, die puur en alleen geschreven worden voor mr. Google himself onder het mom van ‘er is toch niemand die dit leest’. Nog nooit heb ik zo vaak hetzelfde woord in één zin moeten gebruiken – en na twee keer hetzelfde zelfstandige voornaamwoord in één alinea krijg ik meestal al jeuk. Dat het aantal gratis bezoekers op termijn met weet-ik-hoeveel procent toeneemt is mooi meegenomen, maar helemaal blij word ik er niet van.
Doen alsof
Toch ben ik een optimistisch en positief ingesteld persoontje en gezien ik op het moment honderden kleine SEO-teksten moet schrijven, heb ik besloten de boel om te draaien. Hannah, dacht ik, hoe maak je SEO leuk? Door te doen alsof er wel mensen zijn die het lezen. Probeer maar eens een alinea van 6 regels te schrijven, waarin minimaal 8 keer het kernwoord voor moet komen, terwijl de tekst nog steeds leesbaar is. Daar ligt een fijne uitdaging die de tekstschrijver weer een vaardigheid rijker maakt. Leuker voor mij, meneer Google interesseert het geen reet. Gevonden worden we dan toch wel. En het valt nog te lezen ook.