Mijn vriendin vertelde een leuke anekdote over twee kinderen in haar klas die een spelletje speelden. Het meisje verzuchtte, “oh, jij bent ook zó slim!”, waarop de jongen antwoordde, “nééhéé, ik ben móslim!” Ik vond het grappig. Nu maak ik me er zorgen om. 

Een vriend waaraan ik het verhaal vertelde, werd woest. Hij vond het vreselijk dat een kind op de basisschool al een religie aanhing en zich binnen een bepaalde groep schaarde, enkel en alleen omdat zijn ouders datzelfde deden. Hoewel ik vond dat hij de humor er wel een beetje van in mocht zien (het blijft immers een geslaagde woordgrap), snap ik zijn woede steeds beter. Zou religie niet een keuze moeten zijn? Niet iets wat je opvoedkundig opgelegd wordt?

Homostellen 
Moslimkinderen mogen niet worden opgevoed door homostellen in Nederland. Mensen in Turkije maken zich er vreselijk druk om. Meer islamitische pleeggezinnen dienen zich aan te melden bij de Jeugdzorg, aldus twee Kamerleden van de PvdA. Als vrije ziel, vrij van religie opgevoed en dus met de mogelijkheid om elke religie naar keuze aan te hangen, maak ik me daar dan weer druk om. Niet om islamitische pleeggezinnen, maar om de discriminatie omtrent de opvang voor een kind in nood. De aantijging dat Jeugdzorg moslimkinderen expres plaatst bij homostellen zou ik graag bewezen willen zien. Tot die tijd durf ik erop te vertrouwen dat de criteria met name gericht zijn op de veiligheid en geborgenheid van een pleeggezin. Los van seksuele voorkeur van de pleegouders in kwestie.

Voorkeur 
Is het net zo erg als een moslimkind in een christelijk gezin wordt geplaatst? Of een christelijk kind in een homogezin? Of een gezin, zoals je steeds vaker tegen zult komen, dat helemaal geen religie aanhangt? In hoeverre kun je op een kind al een religieus stempel drukken? Niet, vind ik. Het is aan het kind om uiteindelijk te kiezen of en welke religie zijn of haar voorkeur heeft. Bovendien is het echt niet onmogelijk dat een homostel de islamitische leer in de opvoeding laat voorkomen. We leven in een land waar homo’s en lesbiennes mogen trouwen en samen mogen wonen en kinderen mogen krijgen. Alle kinderen die hier worden opgevoed, zouden dat mee moeten krijgen. Ook als zij later of eerder besluiten dat ze daar zelf niet vóór zijn.

Vrijheid van godsdienst
Waar we ons druk om moeten maken, is hoe veilig een pleeggezin is. Of er geen sprake is van misbruik, geweld, dat soort zaken. Een kind mag pas stemmen en autorijden op zijn 18e. Pas een glas bier drinken op zijn 16e. Dan kun je niet verwachten dat een kind voor die tijd al wel weet hoe hij denkt dat de wereld in elkaar zit en welke God hij daarvoor moet bedanken en aanbidden. Religie opgelegd door ouders is niet goed. Zeker niet in een land waar men zoveel moeite heeft gedaan de vrijheid van godsdienst werkelijkheid te maken in het dagelijks leven.

Natuurlijk gaat de voorkeur naar een gezin zoals dat oorspronkelijk zou zijn geweest voor een kind. Maar als er gebrek is aan dergelijke gezinnen, om wat voor reden dan ook, mogen we niet boos worden als het kind in een andere omgeving wordt geplaatst. We moeten dankbaar zijn dat we kinderen een pleeggezin kunnen bieden. En zolang wij de vrijheid hebben om ons druk te maken over die gezinnen, laat kinderen dan de vrijheid hebben te kiezen voor hun religie.

Beeld: Flickr.com/nettsu.