Column voor I Like Groningen

Ik kan me niet meer voorstellen hoe het is om geen bier te drinken – en toch weet ik nog als de dag van gisteren hoe ik mijn eerste biertje dronk. Het was Koninginnedag, enkele jaren geleden. In de Negende Cirkel stond ik, uiterst brak van de vorige avond, aan de bar en bestelde een cola. “Nee, nee,” sprak de barman, “bier moet je hebben.” Mijn argument ‘dat lust ik niet’ werd van tafel geveegd zoals een moeder dat doet met een kind dat haar groentes niet op wil eten. “Drinken!” En dat deed ik. De eerste slok werd met een samengetrokken gezicht, geschrokken van de bitterheid, doorgeslikt. Daarna ging het eigenlijk alleen maar beter. Er zijn dingen die je moet leren waarderen; olijven, rode wijn, champignons en zo ook bier. Inmiddels staan ze allemaal bovenaan mijn lijst met favoriete voedingsmiddelen.

Je zult mij niet horen beweren dat de smaak van bier het lekkerste is dat ik ooit geproefd heb. Is niet waar namelijk. Maar bier heeft wel die unieke smaak die bij zoveel gelegenheden ultiem op zijn plek is. Borrels bijvoorbeeld, aan het eind van een drukke werkweek. Of op het terras in de zon. Of op een koude winteravond aan de bar. Bij de barbecue. Bier is altijd je gezelschap in een drukke kroeg, waar het bierglas zo’n vanzelfsprekend onderdeel van je lichaam is geworden dat je verder weinig nodig hebt.

Er valt ook veel te genieten aan bier. Ja, echt, genieten. De plop van een beugelfles die open schiet. Je lippen in het zachte, witte schuim. De goudgele glans als je het glas heft om te proosten. En als je wat meer ervaren wordt in het bier drinken – een status die ik mijzelf inmiddels heb toegekend – kun je op ontdekkingstocht. De verschillende smaken en soorten bier leren kennen. Naar de Pintelier om een goddelijk Kwakje te bestellen, zonder dat iemand daarom lacht. In de winter genieten van de donkere bieren, terwijl je in de zomer een citroentje in je Hoegaarden dipt.

Ja mensen, ik hou van bier. Bijna net zoveel als de man, die uit Brabant komt en naast de Dommelsch Brouwerij is opgegroeid. Bier is hem, letterlijk, met de paplepel in gegoten. En die Dommelsch liefhebbers, die weten pas hoe een ode aan het bier moet klinken. De carnavalsvereniging heeft er namelijk een nummer over geschreven. Daarom, in het kader van de I Like Groningen Biermaand, hier een lied dat eer doet aan de waarde van bier. Proost.