Column voor Na de Lunch

Ik krijg weleens de indruk dat alle mensen van mijn leeftijd (zeg, tussen de twintig en dertig) geneigd zijn zichzelf geboren ondernemers te noemen. En wat ondernemers vooral doen is hun dagelijkse bezigheden delen op Twitter, Facebook, LinkedIn – en als je niet uitkijkt vertellen ze je daar ook nog naar welke muziek ze luisteren, welke artikelen ze lezen en op welke Amerikaanse presidentskandidaat ze zouden stemmen.

Naast ieders persoonlijke leven, verschuift ook de zakelijke wereld naar het online platform. Ideaal aan de ene kant, want ineens kunnen we in plaats van vijf dingen per dag wel vijftien doen. Zonder enige moeite! Razendsnel communiceren we met alle middelen die we tot onze beschikking hebben en er is geen plek in het land, de wereld zelfs, waar we niet op digitale wijze actief kunnen zijn. Aan niks gebonden, vrijheid ten top. Toch vind ik dit alles aardig vermoeiend.

Zo neem ik deel aan behoorlijk wat ‘nevenactiviteiten’, zoals men dat dan met een chique woord noemt. Voornamelijk schrijfdingen (da’s spreektaal). Via Facebook worden redactievergaderingen gehouden. Omdat iedereen zo’n druk eigen leven leidt (de negen-tot-vijfmentaliteit is immers zo jaren 90), eenieder zich in elke mogelijke uithoek van het land bevindt en typen op een touchscreen hipper is dan bellen of Skypen, komt men amper nog bij elkaar. In plaats van op natuurlijk wijze tijdens een gesprek te bepalen of iets interessant is of niet en zo ongemerkt wat zaken aan je voorbij te kunnen laten gaan of juist je oren te kunnen spitsen, moet je alle commentaren en posts doornemen om te bepalen of iets de moeite waard is om te lezen. Dat kost toch echt meer energie.

Ik betrap mezelf erop dat ik een dag lang kan zwijgen zonder dat er de noodzaak is om met iemand te praten. Maar man, communiceren dat ik doe! Het heeft zo zijn voordelen. Al voor het ontbijt, nog lekker in mijn zachte kamerjas en wollen sloffen, ben ik productiever dan ik vroeger in een hele dag was. Ik kan naar het postkantoor om drie uur ’s middags en op mijn dooie gemak over de dinsdagmarkt slenteren. Eenmaal thuis besteed ik een uur aan het lezen van alle digitale statussen die ik gemist heb. Dan weet ik weer wat er in de wereld gebeurd is.

Gelukkig doe ik ook interviews. Dan spreek ik af met iemand in de koffiezaak bij mij beneden en praten we over zijn of haar passie. Heerlijk, zo’n portie menselijk contact. Uiteindelijk is dat toch waar ik het voor doe.